Doezumermieden – Polder de Kaleweg

De inrichting van dit gebied focust zich onder meer op het versterken van het (cultuur)landschap in de Doezumermieden en het behoud van de openheid in Polder de Kaleweg. Polder de Kaleweg is een van de weinige gebieden in Groningen waar veel grondwater naar boven komt. Dat biedt een goede uitgangspositie voor het ontwikkelen van waardevolle natuur. Daarvoor zijn wel maatregelen in de waterhuishouding nodig.

Wat gebeurt hier?

  • Op de hogere gedeelten van Polder de Kaleweg en in de Doezumermieden worden singels aangelegd.
  • Besloten cultuurhistorisch landschap wordt weer zichtbaar gemaakt door het aanleggen van nieuwe en verlande petgaten en het herstel van houtsingels. Petgaten zijn stroken/gaten in het landschap die ontstaan zijn door het afgraven van veen. Verlanding is een proces van tientallen jaren waarbij moerassen, wetlands, plassen of ondiepe meren langs natuurlijke weg in land veranderen. 
  • In de Doezumermieden worden door het optimaliseren van het waterpeil (hoogte/stand van het water) en het stimuleren van de aanwezige kwelstromen natte schraallanden en vochtige hooilanden ontwikkeld. Deze termen vergen wat uitleg. Kwel is grondwater dat onder druk naar boven komt. Kwel is vaak mineraalrijk en trekt plantensoorten aan die mineraalrijk water nodig hebben. Bijvoorbeeld een Dotterbloem. Nat schraalland is oud boerengrasland. Dit is minder productief en de bodem is slap. De variatie in de granslanden is groot. Door rijkdom aan zeldzame soorten is het van groot Europees en nationaal belang. Vochtig hooiland bestaat uit bloemrijke/kruidenrijke graslanden. Denk bijvoorbeeld aan Dotterbloemhooilanden. Ze zijn van nationaal en internationaal belang voor de flora en fauna. Door bemesting, ontginning en ontwatering is vochtig hooiland zeldzaam geworden in Nederland. 
  • Polder de Kaleweg wordt vernat door het regenwater niet of minder snel te gaan afvoeren. Ook zal de hier aanwezige kwelstroom worden geoptimaliseerd om te zorgen voor de ontwikkeling van botanische soortenrijke graslanden. Dit zijn graslanden waarop een rijke collectie van vegetaties groeit. Voor het Zuidelijk Westerkwartier is dat een afwisseling van dotterbloemhooilanden, vochtige hooilanden en schrale vochtlanden en op de hogere landen kruidenrijk grasland. 
  • Er worden petgaten gegraven in de Doezumermieden om verlanding op gang te brengen. Petgaten zijn gaten/stroken in het landschap die ontstaan zijn door het afgraven van veen. 
  • Door de vernatting kan een groter deel van de polder wordt geschikt worden gemaakt voor de watersnip.
  • Door het regenwater niet of minder snel af te voeren stijgt het grondwater. Dit is belangrijk voor de kwelstromen en de te ontwikkelen natuurdoelen.
  • We onderzoeken de mogelijkheden om het waterpeil (hoogte/stand van het water) in de Lauwers te laten fluctueren. Zodat de Doezumermieden af en toe onder water komt te staan.
  • We onderzoeken hoe we de afwatering van de huizen aan de Peebos kunnen waarborgen.
  • We onderzoeken de mogelijkheden voor de aanleg van wandelpaden en een uitkijktoren.

Wat heeft de gebiedsontwikkeling hier al opgeleverd?

  • Een zeldzame vlinder genaamd de zilveren maan is weer gezien in het gebied.